Ondertekening op 7 mei in Vreden, Duitsland, door (v.l.n.r.): Wasser- und Bodenverband Unteres Berkelgebiet (Vorsteher A. Helmer), Waterschap Rivierenland/Muskusrattenbeheer (heemraad G. Nieuwenhuis), Waterschap Rijn en IJssel (dijkgraaf H. Pieper), Kreis Borken (Landrat Dr. K. Zwicker,  Wasser- und Bodenverband Ellewicker-Crosewicker Feld (Vorsteher H. Göring), en Wasser- und Bodenverband Unteres Aagebiet / Wittes Venn (Vorsteher L. Kortbuß).

Speciaal opgeleide Nederlandse
beverrattenvangers mogen sinds deze week over de grens in Duitsland beverratten vangen. Het betreft een pilot van drie jaar en beslaat een stuk van circa 45 km in het gebied van Kreis Borken, net over de grens tussen Haaksbergen en Winterswijk. Beverratten brengen ernstige schade toe aan de oevers en dijken en vormen daarom een gevaar voor de veiligheid van de dijk. 

Waterschap Rijn en IJssel en Waterschap Rivierenland hebben dit afgesproken met Kreis Borken, drie Duitse Wasser- en Boden Verbanden en vele Duitse jachtgenootschappen, jagersverenigingen en grondeigenaren. Beverratten brengen ernstige schade toe aan de oevers en dijken en vormen daarom een gevaar voor de veiligheid van de dijk. Vooral in de grensstreek groeit de populatie snel. Maar liefst 95% van de beverrattenpopulatie in Nederland is te vinden langs de grens met Duitsland. Waterschappen in de grensstreek hebben daarom te maken met beverratten die de grens oversteken en de Nederlandse dijken en oevers onveilig maken –  en heel snel vermeerderen. Vooral op stukken waar het in Nederland moeilijk bereikbaar is, bijvoorbeeld smalle beekjes, is het handiger om de beverratten aan de andere kant van de grens te vangen. Eén beverrat kan 9 kilo wegen en 4000 kilo grond verzetten. Het Waterschap investeert miljoenen in het beheren en versterken van dijken.

Hein Pieper, dijkgraaf Waterschap Rijn en IJssel: “Water en dijken houden niet op bij de grens. Een dijkdoorbraak aan de ene kant van de grens heeft ernstige gevolgen aan de andere kant van de grens. Daarom is grensoverschrijdende samenwerking noodzakelijk”. 

Pilotproject
Het betreft een pilot van drie jaar en beslaat een stuk van circa 45 km in het gebied van Kreis Borken, net over de grens tussen Haaksbergen en Winterswijk. Doel van de pilot is om de beverrattenpopulatie te verminderen en onderling kennis uit te wisselen. De beverrattenvangers van de betrokken waterschappen krijgen bij hoge uitzondering een vergunning om de beverratten te vangen. De beverrattenvangers hebben hiervoor een speciale cursus moeten volgen. Aan deze pilot gingen bijna drie jaar van voorbereiding en gesprekken vooraf en moesten circa 73 Duitse jagersverenigingen, 19 jachtgenootschappen, vier overheden en vele grondeigenaren toestemming geven. Zo is afgesproken dat het alleen gaat om beverratten, dat de beverrattenvangers alleen op en om het water mogen vangen en dat de bijvangst weer vrijgelaten moet worden. De vallen worden elektronisch gemonitord. De Nederlandse vangers krijgen een signaal via een app als er een beverrat in de val zit. 

Ondertekening
Op maandag 7 mei tekenden bestuurders van Kreis Borken (Landrat Dr. K. Zwicker), Waterschap Rijn en IJssel (dijkgraaf H. Pieper), Waterschap Rivierenland/Muskusrattenbeheer (heemraad G. Nieuwenhuis), Wasser- und Bodenverband Ellewicker-Crosewicker Feld (Vorsteher H. Göring), Wasser- und Bodenverband Unteres Berkelgebiet (Vorsteher A. Helmer) en Wasser- und Bodenverband Unteres Aagebiet / Wittes Venn (Vorsteher L. Kortbuß) de overeenkomst die de pilot over de grens mogelijk maakt.