WINTERSWIJK – De bevolkingskrimp in de Achterhoek remt de nieuwbouw van zowel woningen als projecten in onderwijs, zorg en de kantorenmarkt. Daarom zullen regionale bouwbedrijven voor nieuwbouw steeds meer naar het midden en westen van het land moeten trekken. Dat zegt branche-organisatie Bouwend Nederland bij de oprichting van de nieuwe afdeling Achterhoek, die een bundeling is van de oude afdelingen Doetinchem, Berkelstreek en Gelderland Oost. De fusie is het gevolg van de kaalslag in de bouw van de afgelopen jaren, waardoor maar liefst 35 procent van de lid-bedrijven verdween.
Tegenover de daling in de nieuwbouw in de Achterhoek staat volgens Bouwend Nederland dat er meer markt komt voor renovatie, transitie en verduurzaming van bestaand vastgoed. “Met name de kleine regionale bouwers kunnen hiervan profiteren.”
Het herstel dat zich in de bouwwereld afspeelt is in de Achterhoek minder dan in de groeigebieden. “Verder is het prijsniveau nog altijd niet best door de hoge concurrentie”.
Risico’s
De bouwers klagen ook over de dure en slecht voorbereide aanbestedingsprocedures. “Bouwers moeten steeds meer investeren om opdrachten te verwerven. Opdrachtgevers vragen vaak buitenproportioneel veel inspanningen in de selectie- en calculatiefase van projecten. Vaak ontbreekt het ook aan voldoende kennis bij opdrachtgevers en zijn aanbestedingen en tenders slecht voorbereid en uitgewerkt. Dit brengt vaak hoge risico’s met zich mee die zoveel
mogelijk bij de bouwers worden neergelegd. Als bouwer moet je hier alert op zijn.”
“Dit brengt met zich mee dat we als bouwers enorm veel energie (lees: geld) moeten stoppen in selecties en calculaties, die niet wordt vergoed. Vaak doen 5 á 6 partijen mee en doen allemaal deze inspanningen en maken dus kosten, terwijl er maar 1 partij kan uitvoeren. Een beetje calculatie kost al snel tussen de 1 á 1,5% van de opdrachtsom. Reken maar uit”.