Na het werkbezoek van afgelopen week van Z. M. koning Willem-Alexander en de Duitse bondspresident Frank-Walter Steinmeier aan de gemeente Dinkelland, hebben we met EUREGIO-voorzitter Joris Bengevoord gesproken, die aan de gespreksronde met beide staatshoofden in Denekamp heeft deelgenomen.

 

Op 16 oktober vond een belangrijke ontmoeting plaats in het kader van de “Ortszeit Deutschland”: Bondspresident Frank-Walter Steinmeier bezocht samen met Koning Willem-Alexander de Nederlandse gemeente Dinkelland. Tijdens de “Ortszeit Deutschland” verplaatst bondspresident Steinmeier zijn ambtszetel regelmatig voor enkele dagen naar kleinere steden in Duitsland om in contact te komen met de lokale bevolking en regionale actoren. Van 15 tot 17 oktober voerde hij zijn ambt uit vanuit Nordhorn, in de Landkreis Grafschaft Bentheim. Nordhorn is de dertiende “Ortszeit Deutschland” van de bondspresident. Het programma omvatte tal van ontmoetingen en gesprekken met burgers, lokale politici en ondernemers.

Centraal tijdens het werkbezoek op 16 oktober in Denekamp, waar de bondspresident op de fiets naartoe ging, stond de grensoverschrijdende samenwerking tussen Nordhorn en zijn Nederlandse buurgemeente Dinkelland. De voorzitter van de EUREGIO, Joris Bengevoord, was bij deze gelegenheid uitgenodigd om aan de gespreksronde met de Koning en de bondspresident in de raadszaal van de gemeente Dinkelland in Denekamp deel te nemen. De Euregio sprak na afloop van deze bijeenkomst met Joris Bengevoord.

 

EUREGIO: Hoe kijkt u terug op het bezoek van bondspresident Steinmeier en Koning Willem-Alexander aan Denekamp?

Joris Bengevoord: Ik vond het bijzonder om bij dit bezoek te mogen aansluiten, en was onder de indruk van de kennis van beide staatshoofden over de Euregio’s. Het is mooi dat er in de drukke agenda’s van de staatshoofden tijd was voor het rondetafelgesprek over grensoverschrijdende samenwerking.

E: Welke onderwerpen kwamen in de gespreksronde naar voren, die u als voorzitter van de EUREGIO bijzonder belangrijk vond?

JB: We hebben gesproken over belangrijke zaken als mobiliteit, openbaar vervoer, de GrensInfoPunten en over ons nieuwe project over ondermijning. Ook kwamen de grenscontroles aan bod, ik vond het mooi dat ook de ondernemers aangaven dat dit wat hen betreft een stap terug is in de grensoverschrijdende samenwerking, ook al lijkt de overlast op veel plekken beperkt. Daarnaast hebben we gesproken over de EUREGIO-raad welke op initiatief van de vader van onze koning – Prins Claus – is ingesteld. De Koning vond het mooi te horen dat dit nog steeds goed functioneerde. De Koning bleek net als ik onder de indruk van al het werk van Alfred Mozer.

De Duitse bondspresident vindt het directe contact met de burgers belangrijk en heeft tijdens zijn bezoek aan Nordhorn en Dinkelland met veel mensen uit de grensstreek gesproken. De EUREGIO onderhoudt voor de inwoners van de grensregio en hun vragen over wonen, werken, ondernemen en studeren over de grens een eigen adviespunt, het GrensInfoPunt (GIP). Het advies en de spreekuren van het GIP zijn voor burgers en ondernemers gratis en worden bekostigd door verschillende Nederlandse en Duitse overheden en de Euregio’s langs de Duits-Nederlandse grens. Op dit moment vindt er afstemming plaats over de toekomstige financiering van de GrensInfoPunten, zodat deze persoonlijke advisering kan blijven bestaan.

E: Was de toekomstige financiering van de GrensInfoPunten een onderwerp van gesprek tijdens de tafelronde met de bondspresident en de Koning?

JB: Ja, hierover is gesproken. Ik heb het belang hiervan duidelijk kunnen maken, en kreeg bijval van de commissaris van de Koning van Overijssel. Ik heb vooral ook kunnen vertellen dat de financiën van dit adviespunt structureel geborgd zouden moeten zijn. We hopen de komende maanden zekerheid te krijgen over de financiering over de jaren 2025-2028, dat haalt de druk er dan weer even vanaf. Goed voor het GIP, maar vooral voor de duizenden burgers die hier jaarlijks met hun vragen terecht kunnen.

Ook veiligheid is belangrijk voor de mensen in onze regio. Hulpdiensten zoals ambulances, brandweer en politie moeten ook in landelijke gebieden snel ter plekke zijn. Goede samenwerking van hulpdiensten uit beide landen is daarvoor belangrijk. En ook het thema ondermijning en grensoverschrijdende criminaliteit is relevant voor de regio. Zo heeft de EUREGIO samen met haar partners onlangs een Interreg-projectaanvraag ingediend voor een grensoverstijgend initiatief van overheden om signalen van ondermijning over de grens met elkaar te delen en in kaart te brengen.

E: Werd het thema veiligheid tijdens de ontmoeting met beide staatshoofden besproken?

JB: We hebben gesproken over het project tegen grensoverschrijdende ondermijning, “Signal”, dat naast de “normale” samenwerking zoals brandweer of de politiepost DinxperloSuderwick is ontstaan. Het belang van het aansluiten van de diverse diensten en systemen werd onderkend.

Nordhorn en Coevorden zijn elkaars partnergemeenten. Nordhorn en de gemeente Dinkelland, waar Denekamp deel van uitmaakt, zijn als buren vriendschappelijk met elkaar verbonden. Alle drie gemeenten zijn aangesloten bij de EUREGIO.

E: Welke rol spelen in uw ogen jumelages voor de grensoverstijgende verbinding op gemeentelijk niveau en tussen de betrokken burgers?

JB: Dit laat zien dat Alfred Mozer gelijk had: om goed samen te werken, moet je elkaar eerst goed kennen. Dit werkt tussen deze buur- en partnergemeenten heel goed, en maakt dat samenwerken over de grens nog beter en makkelijker gaat.

Jumelages van gemeenten maken deel uit van de socio-culturele samenwerking over de grens. EUREGIO-pionier Alfred Mozer benadrukte al in de beginjaren van de samenwerking het belang van mensen uit beide landen die elkaar op een laagdrempelige manier ontmoeten, zij het om bijvoorbeeld samen te sporten of muziek te maken of door middel van schooluitwisselingen. Tegenwoordig worden deze socio-culturele ontmoetingen gesubsidieerd door het Interreg-Kleinprojectenfonds. “People to people” worden deze projecten ook genoemd, en ze zijn in de EUREGIO zo succesvol gebleken dat de bijbehorende subsidiepot nu al leeg is geraakt, terwijl deze middelen bedoeld waren tot en met 2029.

JB: Ook de Koning bleek onder de indruk van Alfred Mozer, het is goed om te zien dat zijn gedachtegoed nog steeds voortleeft. Niet alleen bij de Koning of bij mij, maar ook bij de vier Nederlands-Duitse Euregio’s die zich op dit moment bij Interreg inzetten voor meer middelen voor de people-to-people miniprojecten, zodat deze in de EUREGIO tot en met 2029 weer subsidie kunnen ontvangen.

Er liggen in de grensregio veel kansen met name ook voor jonge mensen. Studeren, stagelopen en een internationale carrière dichtbij huis, om maar een paar voordelen van de grensligging te noemen. De Koning en de bondspresident zochten in Denekamp ook het gesprek met jonge ondernemers.

E: Kwamen uit de gespreksronde misschien nog tips naar voren, die van belang zijn voor ons als EUREGIO en voor ons jongeren-platform EUREGIO Youth?

JB: Tips direct niet. Wel onderstreepten zij het belang van open grenzen, zonder grenscontroles.

E: Als wij met jongeren spreken, bijvoorbeeld in het kader van onze Stampodcast, komt een onderwerp steeds weer naar voren: de mobiliteit in de grensregio. Kort gezegd, hoe kom ik van A naar B (en vooral later in de avond weer terug buiten de grote steden), en dan het liefst duurzaam met het openbaar vervoer. Kwam het thema grensoverschrijdende mobiliteit in de gespreksronde ook aan bod?

JB: Hierover is gesproken, niet alleen over de grote railverbindingen, maar ook over het belang van de kleine buslijn Aalten-Bocholt, die het Duitse en het Nederlandse spoornet met elkaar verbindt. Openbaar vervoer is sowieso een heel belangrijk element in de regionale en grensoverschrijdende mobiliteit. Dit geldt voor alle deelregio’s in de EUREGIO, zeker buiten de grote steden.

E: Een bijzonder aspect van de ontmoeting tussen de bondspresident en de Koning was, dat het de uitdrukkelijke wens van Frank-Walter Steinmeier was, om te gaan “buurten” in Denekamp en om Koning Willem-Alexander daarvoor uit te nodigen. In hoeverre ziet u het bezoek als een stap in de richting van verdere versterking van de grensoverschrijdende samenwerking tussen Duitsland en Nederland en een signaal voor een open Europa?

JB: Dit bezoek is een positief signaal voor deze grensregio. Beide staatshoofden toonden zich duidelijk voorstander van de grensoverschrijdende samenwerking, wat tijdens het bezoek herhaaldelijk benadrukt werd. Het is nu aan de EUREGIO om te laten zien dat er ook echt energie inzit.