Van links naar rechts (achter): Henk van Dongen (Lely), Berjan Ebbekink (Slootsmid), Jochem Tolkamp (Hanskamp), Harm Smit (WUR) en Henk Hanskamp (Hanskamp). Voor: Jantine van Middelkoop (WUR), Bob Keurentjes (Lely), Jan Roefs (NCM) en Rik Janssen (Lely)

Vandaag is de PPS ‘Reinventing Circulair Dairy Farming’ van start gegaan. In deze Publiek Private Samenwerking
werken het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, Wageningen Livestock Research,
Slootsmid, Nederlands Centrum Mestverwaarding, Hanskamp en Lely samen. Het pilotproject heeft als doel te
onderzoeken hoe urine als kunstmestvervanger kan worden ingezet. Door urine als meststroom te benutten, kan
worden bijgedragen aan de verbetering van de circulariteit van een melkveebedrijf.

Tijdens de pilot wordt er onderzocht hoe het gebruik van urine als kunstmestvervanger ingezet kan worden en in hoeverre dit bijdraagt aan de circulariteit op de deelnemende boerderijen. In totaal kunnen er 100 melkveebedrijven 4 jaar deelnemen. Binnen deze pilot kunnen de melkveebedrijven, die beschikken over een Lely Sphere stalsysteem, een CowToilet of een VrijlevenStal van Hanskamp, de mineralenstromen op een andere manier toepassen. Zo wordt data verzameld over de impact van deze de systemen, wat kan bijdragen aan de optimalisatie van het gebruik van de mineralenstromen. Op de langere termijn kunnen de resultaten van deze pilot een belangrijke rol spelen in de Europese discussie over kunstmestvervangers. Kunstmestvervangers kunnen een bijdrage leveren aan de Europese voedselzekerheid, strategische autonomie en de duurzaamheid en winstgevendheid van melkveebedrijven, het is dus van belang dat de wetenschappelijke kennis daarover
wordt uitgebreid en opgenomen in Europese wet- en regelgeving. Binnen het pilotproject worden jaarlijkse veldproeven uitgezet door Wageningen Livestock Research om de technische onderbouwing van de meststromen (feces en urine) te onderzoeken. Samen met Slootsmid wordt ook onderzocht hoe de mestfracties moeten worden aangewend om de ammoniakemissie zo veel mogelijk te beperken. Door middel van de proeven wordt onderzoek gedaan naar de emissie bij
toedieningstechniek, werkingscoëfficient en optimale toedieningsmoment.

Het optimaal gebruiken van beschikbare meststromen op het melkveebedrijf is een van de manieren om de boerderij meer circulair te maken. Binnen de EU is afgesproken dat er maximaal 170 kg stikstof uit dierlijke mest per ha (zonder derogatie) mag worden toegediend. Vanwege het vruchtbare klimaat in Nederland hebben de gewassen, en dus de bodem, hier vaak niet genoeg aan. Extra mineralen worden nu in de vorm van kunstmest aangevoerd. Tegelijkertijd zijn boeren vaak gedwongen om mest met waardevolle mineralen af te voeren. Wanneer urine als kunstmestvervanger wordt toegepast, kan er efficiënter met de beschikbare meststoffen worden omgegaan en kunnen er meer mineralen op het eigen bedrijf worden toegepast. Hierdoor neemt de circulariteit op het boerenbedrijf toe wat het milieu ten goede kan komen. Bovendien wordt het mestoverschot kleiner, waarmee de boer een financieel voordeel heeft door het reduceren van kunstmestaanvoer en mestafvoer op zijn boerenbedrijf.

Voor deze pilot zijn de deelnemende partijen op zoek naar melkveehouders die open staan voor innovatie op hun bedrijf en bereid zijn deel te nemen aan dit experimentele onderzoek. De inschrijving voor de pilot moet nog worden opengesteld en zal via de RVO verlopen.Geïnteresseerden kunnen zich alvast melden bij Sphere@lely.com en info@hanskamp.nl. De exacte voorwaarden worden momenteel uitgewerkt door LVVN.