Gemeente Winterswijk verprutst gouden kans door Signify niet te kopen

De gemeente Winterswijk heeft een gouden kans verprutst door het pand van Signify (het voormalige Philips-complex in Winterswijk) niet aan te kopen. Aankoop had rust kunnen brengen
voor Winterswijkse ondernemers en bewoners die in de afgelopen jaren geconfronteerd werden met een chaotisch beleid rondom bedrijventerreinen. Alle halfbakken plannen, rammelende onderzoeken en gebrekkige communicatie zorgden voor veel onrust en frustratie bij ondernemers en bewoners. Die onrust zal alleen nog maar toenemen, want de kans dat er aan de Misterweg nu alsnog een nieuw industrieterrein moet komen, is opeens veel groter geworden. De aankoop van het pand van Signify had de oplossing kunnen zijn voor veel problemen. Het Signify
terrein was een uitgelezen kans en plek om te investeren. Een plek waar Winterswijkse ondernemers hadden kunnen uitbreiden en het had rust kunnen brengen op de plekken waar door
het chaotische beleid nu zoveel onrust is ontstaan. Het had zelfs een plek kunnen zijn voor een vervangend/nieuw asielzoekerscentrum, waarmee we nu eindelijk eens beloftes hadden kunnen
nakomen die gedaan zijn aan de inwoners van wijk De Rikker.

Ook had de gemeente eerst eens kunnen bepalen welk type industrie het best op de plek van Signify had kunnen komen. Signify en Philips in het verleden maakten producten die over de hele wereld te zien zijn. Zij zorgden voor banen met toekomst, waarin vakmensen werden gevraagd en mensen de kans kregen om zich in hun vak te ontwikkelen. Hiernaast had de gemeente er ook voor kunnen zorgen dat de bedrijven die zich daar zouden vestigen een bijdrage zouden gaan leveren aan een
duurzame(re) toekomst. De vraag is: Hoe heeft de gemeente ook deze gouden kans voor Winterswijk kunnen verprutsen? Aan
het geld hoeft het niet te liggen: De gemeente Winterswijk kreeg onlangs een 9 voor haar begroting. Dat lijkt mooi, maar een gemeente krijgt geld niet om het op te potten, maar om het te besteden aan projecten die goed zijn voor het dorp. Dit was bij uitstek zo’n investering geweest.

We vrezen dat het antwoord op deze vraag pijnlijk eenvoudig is: Een stuitend gebrek aan bestuurskracht en visie. Hetzelfde gebrek aan bestuurskracht en visie dat in één jaar op basis van
rammelend onderzoek (dat vooral niet openbaar mocht worden) drie verschillende locaties voor een industrieterrein heeft opgeleverd; en dat ervoor heeft gezorgd dat er opnieuw een stuk Nationaal Landschap is opgeofferd aan een distributiecentrum voor Obelink, terwijl andere Winterswijkse ondernemers worden beknot in hun groei of bedrijfsvoering. En wat krijgen we ervoor terug op het terrein van Signify? Een bedrijf dat grote partijen goederen waar niemand op zat te wachten heen en weer schuift. Een bedrijf dat geen nieuwe werkgelegenheid
oplevert voor Winterswijk, omdat het personeel vanuit Eibergen meegaat. Een bedrijf dat voor meer verkeer- en milieubelasting gaat zorgen, net als het nieuwe distributiecentrum van Obelink. Want vrachtwagens overal vandaan rijden naar Winterswijk om deze hallen vol te zetten met spullen die vervolgens met andere vrachtwagens weer overal naartoe worden gereden. Een verdrietig verhaal.

De meest pijnlijke zin in het interview afgelopen week met de nieuwe Winterswijkse ondernemer Chiel Meekes (welkom overigens en compliment voor het ondernemerschap) was dat hij voor een
deel van de ruimte van Signify nog geen bestemming heeft. Deze ondernemer valt niets te verwijten, maar de bestuurders van Winterswijk des te meer. Want dit is een nieuw dieptepunt in het toch al zeer treurige dossier van de bedrijventerreinen in Winterswijk. En het zoveelste bewijs van gebrek
aan bestuurskracht en visie.

Maarten Bollen & André van Nijkerken
Morgen