De vier grootste fileknelpunten in Oost-Nederland kostten het vervoerend en verladend bedrijfsleven in 2012 circa 22 miljoen euro. Dit blijkt uit onderzoek van TNO in opdracht van Transport en Logistiek Nederland (TLN) en verladersorganisatie EVO. De uitkomsten van het onderzoek zijn gepubliceerd in de Economische Wegwijzer 2013, een jaarlijks overzicht van de top-20 duurste files in Nederland voor het goederenvervoer van het afgelopen jaar. TNO schat de totale directe schade van alle files voor het vrachtverkeer in Nederland in 2012 op circa 287 miljoen euro.

 

 

Gelderland en Overijssel

Op nummer 3 van de Nederlandse top-20 staat het knooppunt Ewijk en Valburg (A50), waar de schade in 2012 meer dan 9 miljoen euro bedroeg. Andere schadeposten zijn het knooppunt  Hoevelaken – Hattemerbroek (A28), knooppunt Grijsoord – Valburg (A50) en knooppunt Waterberg – Oud Dijk (A12). De dagelijkse files leiden tot veel schade voor het bedrijfsleven als gevolg van tijdverlies, meer brandstofverbruik en extra CO2-uitstoot. Naast directe vertragingsschade leiden files ook tot andere kosten, zoals de inzet van extra voertuigen en aanpassingen in de routeplanning.

Investeren
Dankzij de investeringen in extra rijstroken, door dit kabinet en de vorige twee kabinetten, is de filedruk de afgelopen jaren op een groot aantal belangrijke knelpunten enorm gedaald en is de schade voor het bedrijfsleven flink afgenomen. Voor het jaar 2013 zal de top-20 er daarom ook weer anders uitzien. De conclusie van de Economische Wegwijzer 2013 is overduidelijk: meer rijstroken verminderen de filedruk. TLN en EVO maken zich daarom zorgen nu het kabinet bezuinigt op de aanleg van infrastructuur terwijl er nog een groot aantal knelpunten moeten worden aangepakt. Volgens EVO en TLN moet het kabinet niet dezelfde fout maken als in de jaren ‘80 en ‘90 – toen werden er nauwelijks nieuwe wegen aangelegd en steeg de filedruk tot ongekende hoogte.

Overhandiging aan minister Schultz
Minister Schultz van Haegen heeft de Economische Wegwijzer vandaag in ontvangst genomen. De minister onderschrijft dat grote knelpunten op de weg zo snel mogelijk moeten worden opgelost. “Tot 2028 trek ik jaarlijks 5,5 miljard euro uit voor wegen, spoorwegen en vaarwegen. Deze kabinetsperiode komt er in totaal 760 km asfalt bij. Daarnaast is het van belang dat we vaart maken met projecten die voor de vervoersector van groot belang zijn, zoals de Blankenburgtunnel, de verlengde A15 en de wegverbreding bij Utrecht.”

De minister is blij dat TLN en EVO het belang van het Programma Beter Benutten onderstrepen. “Met slimme maatregelen waarmee we het verkeer en vervoer beter spreiden kunnen we de drukte op de weg tijdens de spits flink verminderen. Daar heeft iedereen profijt van.”